Het fenomeen Bruno Gröning
Op het spoor van de „wondergenezer“
Bruno Gröning

Van de eerste gedachte tot de complete film



				Een van de 80 getuigen uit die tijd tijdens het interview

Nadat in 1993 het werk voor de speelfilm „De Wonderapostel“ was geëindigd en de film in de bioscoop werd getoond, begonnen al snel de voorbereidingen voor een nieuw, nog omvangrijker project:

Een bioscoopfilm over het leven van Bruno Gröning

Het hele jaar 1994 werden de voorbereidingen en onderzoeken gedaan. Archiefmateriaal werd bekeken, berichten van getuigen uit die tijd bestudeerd, steeds meer gegevens en feiten verzameld.

In februari 1995 was de start van de eerste opname. Er begon een meerjarige reis op het spoor van een fenomeen. Meer dan 80 interviews met getuigen uit die tijd werden gehouden. Originele opnameplaatsen van Danzig tot Parijs werden bezocht. Speelfilmscenes werden gedraaid en originele opnamen uit filmarchieven samengebracht. Honderden foto’s, dia’s en documenten werden verfilmd. De laatste interviews vonden begin 2000 plaats, de laatste documenten werden nog in 2002 verfilmd.


				Getuige uit die tijd Dr. Nebelsiek ontmoette BG in 1949 in Wangerooge en was getuige van meerdere genezingen.


				Meer dan 2000 figuranten brengen het gebeuren van de Traberhof bij Rosenheim weer tot leven.
Opzienbarende gebeurtenis was de “Traberhof-scene” in mei 1997 met meer dan 2000 figuranten. Wekenlange voorbereidingen waren nodig. Figuranten werden gezocht, honderden kostuums georganiseerd, technisch equipment en filmteam samengesteld, vergunningen werden aangevraagd.
Al in de voormiddag waren de eerste figuranten ter plaatse. Ofschoon pas na invallen van de duisternis de opnamen plaatsvonden, waren er al snel honderden auto’s en enkele tientallen bussen aanwezig. Langzaam vulde zich de plaats voor de nagebootste Traberhof, een boerderij in de buurt van Rosenheim, die door middel van decors en rekwisieten de Traberhof van 1949 voorstelde.

				De medewerkers van de kostuumgarderobe hebben hun handen vol.


				De gehele nacht staan en wachten de figuranten voor de Traberhof – net zoals destijds in 1949 de genezingzoekenden.


Het filmteam omvatte meer dan 70 personen, die zich bezig hielden met schminken, kapsels, kostuums, decors, belichting etc. Zo gauw het donker was, werd er begonnen. Voor de dageraad moest alles klaar zijn. Plotseling werkte het aggregaat niet meer. Later waren er problemen met de camera. Vervangende onderdelen dienden in München te worden gehaald….

Ondanks alle problemen waren kort voor zonsopgang alle opnamen klaar. Om 6 uur ‘s morgens was de plaats, waar kort tevoren nog meer dan 2000 mensen kampeerden, als leeg geveegd. Niets herinnerde meer aan de gebeurtenissen van de nacht.

In totaal werd meer dan 70 uur film gedraaid. Daarna moest deze hoeveelheid materiaal worden bekeken, gesorteerd en gesneden. Al snel werd duidelijk: het oorspronkelijke concept om slechts een avondvullende film te maken, was niet haalbaar. Het thema was niet in 2 uur af te handelen, het leven van Bruno Gröning niet in een gangbaar formaat te persen. Drie films moesten het worden. Bijna vijf uur speeltijd.



				Draaiwerkzaamheden voor de opening, de openingsscene van de documentaire.
Een buitengewoon thema, een buitengewone film, een buitengewoon formaat.