Verbaasd antwoordde de vrouw: ‚Ja, precies!'
Daarop Bruno Gröning: ‘Nou ja, niet meer aan deze verschrikkelijke tijd denken, intens aan Gods hulp geloven en Hem vragen! Het kindje hoeft u niet steeds mee te brengen, wanneer moeder maar vast gelooft.'
Acht dagen later was de vrouw er weer. De zorgelijke uitdrukking in haar gezicht was weg, ze zag er verjongd uit. Toen Gröning haar nu vroeg, antwoordde zij: ‚Ja, vandaag trekt er een warmte door mij en ik voel mij blij en vrij.' - ‚Nou moeder, blijft u erbij, bijna is het zo ver.'
|
|
Een week later was de vrouw er weer en Bruno Gröning ging midden in de lezing naar haar toe, bleef stil staan en zei: ‚Moeder, op donderdag 17.20 uur neemt u uw kind en brengt u het naar een verduisterde ruimte, ze zal weer zien, en omdat ze nog nooit kleuren en vormen heeft gezien, zou ze schrikken en de schrik zou haar ziek kunnen maken. Laat u haar langzaam aan alles in haar omgeving wennen!' |
|
|
|
Omdat dit voorval mij in het bijzonder interesseerde, onderzocht ik het en enige tijd later hoorde ik, dat alles zo op de minuut was gebeurd, zoals Bruno Gröning het zei. Na enkele jaren vroeg ik Bruno Gröning zelf nog een keer naar het kind en hoorde dat zij normaal kan zien, alsof ze nooit blind was geweest.
Een keer werd een jonge vrouw met een spierwit gezicht in een rolstoel naar binnen gereden. Tijdens de lezing verloor zij het bewustzijn en het leek alsof ze dood was. Bruno Gröning wierp slechts kort een blik op haar en stelde de aanwezigen gerust, die enige zorg hadden opgenomen, in het bijzonder de man aan haar zijde. Na een klein half uur werd zij wakker, rekte zich uit, had rode wangen en stond op uit de rolstoel en liep naar Gröning toe, nog enigszins onzeker maar met een stralende, verwonderde uitdrukking in de ogen. ‚Mooi, goede vrouw, wanneer men weer zo op eigen benen kan staan en het hart weer in normaal ritme slaat. Nu echter niet direct de verloren jaren inhalen - langzaam het lichaam naar zijn plichten leiden!' Toen de vrouw zich wilde bedanken, zei Gröning:
„Dankt u God! Ik ben slechts zijn kleine helper, bewijst u nu, dat u een echt kind van God bent!'
|
|